Patrick: Ik las ergens dat het morgen 25 jaar geleden was dat Bob Marley overleed. Toen zei ik: “Zullen we zakjes wiet weggeven op de radio?” Ik zeg: “Ja, want bij Bob Marley, reggae, denk je toch aan wiet.” Ja, spannend, want we gaan het gewoon doen. Goed dat we het gedaan hebben. De dag daarna alle kranten, AMP, zelfs het Belgische Radio 1 journaal: “Radio Veronica geeft softdrugs weg op de radio.” Het was wereldnieuws, weet je wel? Had ik een marketingmanager gehad die zei: “Nee, dat kunnen we niet maken en daar komt gezeik van.” Ja, dan hadden we dus die free publicity ter waarde van misschien wel 50 of 75 duizend euro, dus gewoon niet gehad.
Dit is de inbound4cast met in iedere aflevering één inbound marketing trend.
Jerrel: Patrick, welkom in de podcast.
Patrick: Ja.
Jerrel: Leuk dat ik hier thuis bij jou mag zijn voor de tweede keer.
Patrick: Klopt.
Jerrel: Even voor de luisteraar: je luistert naar de inbound forecast. Een podcast op het gebied van inbound marketing, met in iedere aflevering een trend of ontwikkeling waar ik met een gast over praat. Vandaag doe ik dat met Patrick Kicken, over een onderwerp waarvan ik best wel benieuwd ben wat jouw mening is.
Patrick: Oké.
Jerrel: Ik volg jou al een tijdje, eigenlijk al heel lang. Al in de tijd van kicken.com. Alleen, je hebt best wel een uitgesproken mening.
Patrick: Ja.
Jerrel: Vooral op Spreekbuis valt dat, denk ik, heel erg op en misschien moet ik ook gelijk even met een paar koppen komen die ik daar tegenkwam. Zelfoverschatting heeft een naam: Ruud de Wild. De misplaatste arrogantie van Veronica. Frank Dane ga je schamen. Zo heb ik er nog een aantal.
Patrick: Ja.
Jerrel: Ik moet er altijd wel om lachen. Alleen jij hebt een hele uitgesproken mening.
Patrick: Ja.
Jerrel: Dat heeft voordelen, dat heeft nadelen. Bedrijven die durven heel vaak niet echt een standpunt of een mening eigenlijk te hebben. Omdat ze bang zijn dat hun doelgroep eigenlijk daarover valt. Terwijl het ook juist wel weer heel veel voordelen heeft. Dus daar zie ik heel veel parallellen.
Patrick: Ja.
Jerrel: Ja, daar wil ik graag met je over in gesprek.
Patrick: Is goed.
Jerrel: Het is natuurlijk ook steeds gevaarlijker om je mening te geven in een tijd waarin heel veel wordt gecanceld.
Patrick: Zo lijkt het wel. Ja, de cancel culture.
Jerrel: Kun jij eerst even kort in een paar minuten samenvatten wie Patrick Kicken is?
Patrick: Ja, dat is wie ik was of wie ik ben. Ik ben op dit moment een podcast maker, inderdaad columnist. Ik schuif af en toe aan op TV bij Ongehoord Nederland. Het programma Ongehoord Nieuws. Ja, wat doe ik nog meer? Ik doe nog een hiphop showtje op vrijdagavond bij WILD FM. Dat wordt bij vijf stations wereldwijd uitgezonden. Dat is wat ik ben en wat ik was, is ochtend DJ bij Veronica. Ik heb bij 3FM heel lang programma’s gemaakt. Ja, wat jij al zei, kicken.com. Eén van de eerste websites in Nederland, waar 25 duizend mensen per dag op afkwamen.
Jerrel: Ja, met heel veel onzin en grappige dingen.
Patrick: Funny files, ja.
Jerrel: Precies. Oké, en eigenlijk is dat wel grappig. Want jij bent geen marketeer. Ik denk niet dat jij jezelf zo bestempelt.
Patrick: Nee, maar ik ben er niet vies van. Het is nodig, natuurlijk.
Jerrel: Ja, maar eigenlijk ben je ook best wel een goeie marketeer, denk ik.
Patrick: Ja, misschien omdat ik er niet voor geleerd heb dat ik dan juist gewoon het op mijn eigen manier durf te doen, of zo.
Patrick: Een goeie ervaringsdeskundige.
Patrick: Ja, dat, ja. Ja, want ik bedoel: je naam is je merknaam. Zeker in radioland en Patrick Kicken? Ja, als je dan niet op de radio bent, dan ga je een andere manier zoeken om toch mensen kennis met jou te laten maken. Dus ja, zo zie ik het.
Jerrel: Heb je daar behoefte aan?
Patrick: Ja. Nee, tuurlijk. Je gaat niet voor niks in de media. Kijk, en die naam? Ja, je wil relevant blijven. Ik bedoel, dat is met merknamen natuurlijk altijd zo en ik vind ook dat je jezelf opnieuw mag uitvinden. Er zijn genoeg kledingmerken die in de jaren ’90 hele andere kleding maakten dan anno nu. Dus ja, je moet wel met je tijd meegaan.
Jerrel: Ja, en ik dacht van: ik kan natuurlijk over dit onderwerp gaan praten met iemand die bij een bedrijf zit en die daarover gaat. Die daar verantwoordelijk voor is. Alleen, ik vind het veel leuker om dat met iemand te doen die een hele duidelijke mening heeft.
Patrick: Oké.
Jerrel: Wat eigenlijk wel grappig is – ik zag dat volgens mijn laatste ergens in de comments of zo, op Spreekbuis – dat jij zegt van: “Eigenlijk was ik een soort van het eerste juice kanaal van Nederland.” Nu is dat natuurlijk hot, al die juice kanalen.
Patrick: Ja, ik heb het eigenlijk een beetje voorgedaan. ik denk dat Jan Roos ook een keer– Jan Roos las mijn columns ook. Jan Roos heeft mij ook getipt bij ON. Want die wilde eerst hem hebben. Ze hadden zoiets van: ja, kan jij niet daar– “ik weet nog wel iemand. Patrick Kicken, die heeft ook een goeie mening. Althans een uitgesproken mening.” Ja, Jan Roos las die colums. Ik denk dat die ook gedacht heeft: ja, maar dit kunnen wij ook over de showbizzwereld gaan doen.
Jerrel: Ja, want jij deed dat dus op radio gebied. Dat zijn de koppen waar ik net een aantal van noemde.
Patrick: Dat doe ik al een jaar of acht. Ja, en in het begin– Natuurlijk voer je zoiets langzaam op. Kijk, ik zag op een gegeven moment dat de titel is superbelangrijk bij een column.
Jerrel: Ja.
Patrick: Als ik als titel zet van: Frank Dane gaat misschien naar 3FM. Ja, dan reageert het niet.
Jerrel: Dat leest niemand, nee.
Patrick: Nee, maar als je net zegt: “Frank Dane ga je schamen.”, dan denk je: wat? Waar moet die zich voor schamen dan? Weet je, de titel. Ja, dan is de helft van het werk al gelukt.
Jerrel: Ja, een beetje een mooie klik met de koppen eigenlijk.
Patrick: Ja, maar ik probeer dat wel te leveren. Ik probeer niet alleen maar met onzin te komen.
Jerrel: Nee, zo bedoel ik hem ook niet, maar wel– Het is wel dat je denkt van–
Patrick: Ja, moet ik even lezen.
Jerrel: Wat zit hier?
Patrick: Wat is hier aan de hand?
Jerrel: Ook al lees je het niet helemaal door, je scant het toch even van: wat zit hier in?
Patrick: Ja.
Jerrel: Wat vind jij van die juice kanalen, dat dat zo hot is op dit moment? Is dat een goeie ontwikkeling? De meeste mensen zijn er niet zo blij mee.
Patrick: aha,Ja, kijk, één van de redenen waarom ik die columns schrijf, is dat ik ook vind dat radiomakers wel weer even terug op aarde mogen komen. Weet je wel? Heel veel mensen zijn wel heel erg in zichzelf gaan geloven en ik had dat zelf ook in die tijd dat ik landelijk op de radio zat. Je gaat denken dat je echt heel speciaal bent, maar je moet je één ding goed realiseren: je zit daar voor de luisteraar. Die BN-ers zitten op TV voor de kijker, maar heel veel bekende mensen gaan denken: ja, maar ik ben het toch? De mensen kijken toch wel. Nee, nee, nee. Ook al ben je bekend, je moet toch blijven leveren. Dus in die zin vind ik dat juice kanalen een functie hebben, want daardoor hebben we sommige BN-ers echt even bij de lurven gepakt. Van: wacht eens even, je loopt je aan te stellen. Of je gaat vreemd of je doet je schijnheiliger voor dat je bent. Ja, ik denk dat het toch een functie heeft in een maatschappij. Ik bedoel, je noemde mij daarstraks al de hofnar van de radio? Zei je dat nou? Ja, in de voorbespreking misschien even. Dat is natuurlijk zo. Vroeger was de nar ook degene die alles tegen de koning mocht zeggen, zodat het publiek – ik zal maar zeggen het volk – zoiets had van: haha, nu is het toch gezegd. Oké, het is gezegd door de nar, maar hij weet er in ieder geval van nu. Dus zo zie ik ook die juice kanalen. Dat ze een soort nar zijn voor de samenleving.
Jerrel: Heeft dat voordelen? Laten we daar even mee beginnen. Voor jouzelf.
Patrick: Ja, het voordeel is dat je er over je geluld wordt. Er is natuurlijk niks ergers dan in de media werken, dat mensen je naam horen en dat ze hun schouder ophalen. Dan heb ik nog veel liever dat inderdaad – wat nu het geval is – dat als je mijn naam noemt bij de radio, heel veel mensen zeggen: “Dat is die lul van die columns. Ga je daarmee om? Die man zal wel heel eenzaam zijn, die zal wel geen vrienden hebben.” Ja, ik vind dat eigenlijk alleen maar leuk. Want ja, dan ken je mij dus gewoon niet. Dan op basis van één ding wat je van mij kent, ga je dus zeggen van: “Dat zal wel een lul wezen.”, weet je wel? Ja, daar tegenover staan ook heel veel mensen die mij appen en zeggen van: ” Wat goed dat je dat een keer hebt opgeschreven. Ik zou het nooit durven, maar blij dat je het hebt gezegd.” Ja.
Jerrel: Als je dat dan even iets verder trekt naar bedrijven toe. Denk je dat dat voor bedrijven voordelen heeft? Ik bedoel, een bedrijf hoeft niet iemand die zijn werk niet goed doet af te branden in het openbaar, maar een bedrijf kan natuurlijk wel gewoon een standpunt innemen en ergens iets van vinden.
Patrick: Ja, een statement maken. Ik hou daar wel van als een bedrijf ergens voor gaat staan. Ik bedoel, dat was bij Radio Veronica ook altijd. We wisten: we richten ons primair op mannen. Want de vrouwen die luisterden naar Sky Radio en dat was van één eigenaar. Dus ja, wij waren in de uitzending wat vrouwonvriendelijker dan Sky Radio dat was. Die waren pro vrouwen.
Jerrel: Omdat de mannen dat leuk vinden.
Patrick: Ja, precies. Ook omdat mannen daar– Weet je, dat is mannelijke humor. Dus ja, dat was onze opdracht ook. Daardoor kon de adverteerder ook gewoon de juiste mensen bereiken. Ik denk dat jij als station of als merk duidelijk hebt wat je doelgroep is. Als dat uitgesproken mensen zijn, moet jij natuurlijk ook wel uitgesproken zijn. Dat lijkt me logisch anders trekken ze niet naar je toe.
Speaker 3: Nee, en als je dat niet doet? Wat is dan het gevolg? Als je als bedrijf geen mening durft te hebben?
Patrick: Dan word je een soort saaie grijze muis. Dan word je een soort C&A. We weten allemaal wat er met C&A en V&D gebeurd is. Op een geven moment is dat niet meer relevant. Ik denk dat merken toch eerder bang moeten zijn dat ze niet meer relevant zijn en dat ze als saai bestempeld worden, dan dat ze gecanceld worden. Ik snap dat dat heel erg op de loer ligt nu, maar ik zou het wel cool vinden. Kijk, ik noem maar wat: Starbucks. Ja, dat is al lang meer dan koffie. Dat is natuurlijk taartjes en weet ik wat allemaal, maar als Starbucks nou echt bijvoorbeeld had gezegd: “Wij worden de nieuwe sponsor van Vandaag Inside. De rest heeft zich teruggetrokken, wij worden de nieuwe sponsor.” Ja, dan had ik misschien toch wel gedacht: wat cool dat Starbucks dat doet, man. Ik ga daar eens wat vaker een bak koffie drinken. Die mensen wil ik supporten. Het kan ook positief uitpakken, natuurlijk.
Jerrel: Absoluut, en die kun je ook omdraaien. Toto die heeft zich volgens mij ook teruggetrokken.
Patrick: Ja.
Jerrel: Dan denk ik van: ja, hoe hypocriet wil je het hebben?
Patrick: Ja. Nee, precies. Dat vin dik– Een Toto formuliertje invullen was al een beetje suf en nu denk je helemaal van: Jezus, man, wat suf.
Jerrel: Ja, maar het is ook wel– Ik bedoel, met gokken worden ik weet niet hoeveel mensen de vernieling in geholpen.
Patrick: Dat, zo bedoel je. Ja, ook nog eens.
Jerrel: Ik bedoel: ja,dit bedrijf doet dat dagelijks. Alleen vervolgens zegt Johan Derksen iets wat 50 jaar geleden misschien een beetje half is gebeurd en dan is de wereld te klein.
Patrick: Nee, het is inderdaad het braafste jongetje van de klas willen zijn. Ja, mensen zijn natuurlijk vaak bang. Merken zijn bang voor imagoschade, maar volgens mij valt dat wel mee. De grootste schade die je jezelf aan kunt doen– Ik denk dat Toto nu meer schade heeft geleden dan als ze zich gewoon even stil hadden gehouden. Van: daar hebben we het nog wel over, over twee weken. Of wij blijven [onhoorbaar 00:10:13-00:10:14]. Nu is het kwaad al geschied.
Jerrel: Klopt. Plus dat VI, of hoe heet het? VI is terug op TV.
Patrick: Ja.
Jerrel: Tegen de tijd dat we dit trouwens uitzenden, is het waarschijnlijk geen hot nieuws meer.
Patrick: Nu speelt dat, ja.
Jerrel: Nu speelt dat inderdaad. Dus ja, bedrijven zouden dus eigenlijk wat meer moeten durven.
Patrick: Ja, ik denk bedrijfsafhankelijk, maar dat moet je natuurlijk in gradaties doen. Want ik noem nog steeds dat voorbeeld van C&A en V&D. Ik moest daar vroeger verplicht mee naartoe als kind, C&A. Weet je wel? Daar moesten mijn kleren gekocht worden. Dus ik heb daar sowieso al een associatie mee van: gatverdamme. Ik zou denken, ook als merk: durf je naam af en toe eens te veranderen. We weten toch ook allemaal dat wat nu Twix heet, heette in onze jeugd nog Raider. Heb jij dat ook nog meegemaakt?
Jerrel: Ja, half, maar ik heb nog wel– Voor mij is het wel nog steeds Twix.
Patrick: Ja, ik heb het als Raider leren kennen.
Jerrel: Ik vind dat cool, weet je. Ik heb ook bijvoorbeeld– Eén van mijn podcasts heeft een andere naam op Spotify dan op Apple. Want ik weet dat op Spotify veel meer jongeren zitten. Heet een podcast van mij daar Filosofie met Mayonaise, ja? Dat is grappig. Op Apple heet die al sinds jaar en dag: Praten over Bewustzijn. Wat toch gewoon een stuk serieuzer klinkt. Ja, dat werkt gewoon. Daar kun je– Op podcast gebied kun je natuurlijk helemaal jezelf uitleven.
Jerrel: Als je dan een mening hebt – want je had het net even over Veronica, dat je dan bijvoorbeeld wat vrouwonvriendelijker richting bewust noemt – zegt dat wat over jou? Zegt dat wat over Veronica? Of zegt dat wat over beide?
Patrick: Ja, het is een deel van mij en het is ook de opdracht. Ik vind het ook wel cool dat bijvoorbeeld bij sommigen– Ik heb een documentaire gezien op Netflix over een kledingwinkel die echt specifiek beleid had op welke mensen wel in de winkel mochten werken om de kleding te verkopen. Ja, heb je die ook gezien?
Jerrel: Nee, niet gezien.
Patrick: Die moesten jong, sexy zijn. Bepaalde uitstraling hebben. Ik snap dat heel erg. Ik bedoel, je merk moet ook vertegenwoordigd worden natuurlijk. Veronica was gewoon jong, stoer en een tikkie seksistisch. Dat was de opdracht, dus werd ik dat ook en deed ik daar gewoon aan mee. Had je mij op Radio 10 gezet of op 100% NL, dan krijg je een hele andere kant van mij te horen. Ik vind ook dat je dat als radiomaker moet kunnen.
Jerrel: Laten we hem dan even weer iets meer naar marketing trekken. Ik ben marketeer. Stel je voor, ik werk bij een bepaald bedrijf en ik heb een bepaalde visie op hoe je iets op, laten we zeggen, het gebied van marketing een beetje zou moeten aanpakken en waarom iedereen het verkeerd ziet. Zegt dat dan wat over dat bedrijf? Is dat dan ook daarmee de visie van dat bedrijf? Zou ik daar voorzichtig mee moeten zijn, omdat ik dat bedrijf daarmee kan beschadigen?
Patrick: Ja, wat mij vooral opvalt: je merkt het eigenlijk al als je bij een bedrijf binnenkomt. Wat heerst daar voor een cultuur? Bij Veronica was het op de gang ook al gewoon stoer en maakten we grappen over elkaar en zo. Dat ging je op de radio terughoren. Dus ja, ik kan me voorstellen dat jij bij een bedrijf werkt waar in de kantine al moeilijk gedaan wordt als een jongen een keer naar een meisje kijkt, ik noem maar wat geks. Ja, dan hoef je van dat bedrijf ook niet te verwachten dat die in hun uitingen heel stoer zijn en dat zit dan gewoon niet in het DNA van dat bedrijf. Ik vind dat bij Google wel cool. Je hoort van Google toch allerlei gave dingen, dat daar achter de schermen– Wat daar allemaal gebeurt en zo. Dat ze allemaal op skippyballen werken en noem alles maar op. Ik vind dat wel cool dat je als bedrijf ook gewoon durft te staan voor iets, ja.
Jerrel: Ik ook, ik heb daar respect voor. Ja, was wel grappig, ik kwam ook een onderzoek tegen van OmnicoM PR group. Wel wat ouder, uit 2019. Dat gaat dus ook over het innemen van een standpunt als bedrijfzijnde en wat daar wel opvallend is, is dat 89 procent van de consumenten eigenlijk, die verwacht dat organisaties dat doen. Die willen dat blijkbaar van bedrijven, en 11 procent zegt ook daadwerkelijk te stoppen met het kopen van producten en diensten als ze het niet eens zijn met die mening van dat bedrijf.
Patrick: Wow.
Jerrel: Is dat veel of weinig, elf procent? Ik weet het zelf niet zo goed wat ik er van moet vinden.
Patrick: Ja, dat valt eigenlijk nog wel mee, toch?
Jerrel: Ja, ik zou zeggen vrij weinig. Kijk, waar ik zelf wel heel erg in geloof, dat is: als je alles voor iedereen probeert te zijn, dan ben je niemand.
Patrick: Niets voor niemand, dat is de beroemde uitspraak, ja.
Jerrel: Dus ja, weet je? Die elf procent moet je dan denk ik gewoon niet willen hebben. Op het moment dat die een andere mening of visie hebben.
Patrick: Helmaal waar.
Jerrel: Want voor die 89 procent ben je wel super relevant, natuurlijk.
Patrick: Ja. Nee, maar is bij radio net zo. Robert Jensen heeft ooit eens tegen mij gezegd: het gaat er in het leven niet om waar je ja tegen zegt, het gaat er in het leven om wat je nee tegen zegt. Dus dan zeg je als merk eigenlijk nee tegen dat gedeelte, die tien, vijftien procent. Dat kan je toch makkelijk missen als je daardoor een hele loyale 85 procent hebt die wel loyaal zijn aan jouw merk? Je moet gewoon eigenlijk zorgen dat je ambassadeurs voor je merk krijgt. Dat is bij de radio ook de grote opdracht.
Jerrel: Ja, en ja zeggen tegen een bepaalde groep is ook automatisch nee zeggen.
Patrick: Nee zeggen, precies. Dus inderdaad een standpunt innemen. Wij staan hiervoor. Ik weet dat het heel erg in is nu, dat green washing. Dat we allemaal– Alle bedrijven zijn zogenaamd met milieu bezig, maar daar prikken we natuurlijk ook doorheen.
Jerrel: Dat is een beetje ook– Ik was daarover aan het nadenken van: oké, je kan op twee manieren je mening geven, denk ik, als bedrijf. Je kan aan de ene kant zeggen van dat voorbeeld wat ik net noemde. Ik vind dat iedereen marketing automation verkeerd aanpakt. Dat is redelijk veilig. Dat gaat over het vakgebied, wat het bedrijf misschien ook verkoopt. Je kan ook zeggen van: “Ik vind dit of dit van diversiteit.” Of dat er meer of minder vrouwen in de organisatie moeten werken. Of op gebied van politiek, milieu, noem het allemaal maar op. Ja, ik weet niet of een bedrijf op beide gebieden, zeg maar, een mening zou moeten hebben.
Patrick: Ja, het is lastig. Je kan namelijk ook heel erg afgerekend worden. Dan heb je bijvoorbeeld, Tony Chocolonely. Dat is zo ongeveer het meest duurzame bedrijf van de hele wereld, zeggen ze. Die maken chocola en die zeggen dan: “Nee, 100 procent. We werken alleen maar met boeren die er goed voor betaald krijgen.” Ja, dan krijg je altijd een journalist die denkt: dat zullen we nog wel eens zien.
Jerrel: Ja, die gaan dat tot achter de komma uitzoeken.
Patrick: Uitzoeken tot op de bodem. Ja, en vaak is dat natuurlijk– Ik snap dat bedrijven daar wel bang voor zijn. Je moet het wel waar kunnen maken, natuurlijk. Het statement dat je inneemt, het standpunt dat je inneemt. Want ik kan het wel roepen–
Jerrel: Dat is ook een beetje waar ik eigenlijk naartoe wilde met: oké, ik kan dat dus over marketing doen. Ik kan dat ook over meer maatschappelijke thema’s doen en dat doen ook heel veel bedrijven wel, maar dan gaat iedereen in de extreem politiek-correct veilige hoek zitten. Dat is eigenlijk de enige optie die je dan volgens mij hebt.
Patrick: Ja, want daar is het het veiligst natuurlijk.
Jerrel: Vliegt een helikopter over, volgens mij.
Patrick: Ja, de deur staat open. Moeten we even wachten? Het blijft Vinkeveen. Want dan zien ze een vreemde auto bij mij op de oprit staan, die van jou.
Jerrel: Ja, dan is het gelijk van: dat is de dealer, die komt de zolder even leeghalen bij Patrick.
Patrick: Daar staat normaal nooit een auto. Ja. Ja, ik heb bijvoorbeeld die podcast Leven zonder Stress en er zijn heel veel mensen die tegen mij zeggen van: “Ja, dat is niet te verenigen met die colums die je schrijft.” Want die interviews, die zijn zo super–
Jerrel: Dat vind ik ook.
Patrick: Ja.
Jerrel: Niet te verenigen? Ik begrijp het niet.
Patrick: Nee, maar toch zijn het twee kanten van dezelfde medaille. Ik bedoel, ik heb Ween venijnige kant in me, ik heb een scherpe kant in me en ik heb een hele liefdevolle, zachte kant in me. Waarom zou ik die niet allebei mogen tonen? Ja, daar komen we op glad ijs. Want een merk wil natuurlijk ook graag bekend staan om één ding, maar ik vind bijna dat ik denk: ja, het zijn twee aparte werelden die voor mij gewoon helemaal naast elkaar kunnen bestaan.
Jerrel: Waar het voor mij in zit– Het is een beetje persoonlijk, maar hoe hoe ik ernaar kijk, dat is: in heel veel zelfontwikkelingsboeken, daar wordt natuurlijk gezegd van: “Praat niet slecht over andere mensen. Ga uit van je eigen kracht en focus je op jezelf en bla bla bla.” Jij zit wel heel erg in die hoek natuurlijk met jouw podcast, dat je continu met persoonlijke ontwikkeling, met minder stress en noem het allemaal maar op. Die twee extremen, ik kan die niet helemaal–
Patrick: Je zou kunnen zeggen: “Het één heeft het ander nodig om in balans te blijven.”
Jerrel: Ja, misschien wel.
Patrick: Snap je wat ik bedoel? Dat is het bij mij ook een beetje. Het ene, dan kan ik soms helemaal doorslaan in die zachte softe kant en dan zegt die harde kant in mij, die roept: “Ik ben er ook nog.” Oh ja, en dan komen we weer ergens in het midden uit. Althans in mijn leven.
Jerrel: Ja, maar dat green washing, waar je het net over had. Ik had het daar laatst ook met Richard Otto over.
Patrick: Van spreekbuis.nl?
Jerrel: Yes, maar wat Richard zegt, dat is: “Ik zou het wel stoer vinden eigenlijk.” Als gewoon een bedrijf zegt van: “Wij verkopen de meest vette, ongezonde dikke hamburgers die je maar kan krijgen.”
Patrick: Ja, dat is eerlijk.
Jerrel: Ja, maar dat is ook wel, volgens mij, de doelgroep die dat gewoon cool vindt.
Jerrel: Dat ben ik helemaal met je eens. McDonald’s moet daar ook eens mee ophouden met het doen alsof ze gezond zijn. Ze zijn niet gezond. Dan kan je wel overal groene stickers ophangen en overal blaadjes ophangen dat jullie ook salades verkopen. Prima, maar jullie zijn gewoon een fastfoodrestaurant. Own dat ook. Daarom is dat Vandaag Inside waarschijnlijk ook zo populair, omdat die gewoon van zichzelf zeggen: “Ja, zo zijn wij nou eenmaal, zo bot.”
Jerrel: Ja.
Patrick: Ben ik met je eens, ja. Ben ik met je eens.
Jerrel: In de energie hoek is dat helemaal extreem, vind ik. Ja, de meest vervuilende bedrijven die zijn het meeste bezig met een betere wereld zogenaamd.
Patrick: Ja, maar dat is gewoon gemeen. Dat is gewoon liegen eigenlijk, toch?
Jerrel: Ja, in zekere zin wel. Ik heb daar ook stiekem– Dat zei ik ook tegen Richard. Stiekem ook wel een klein beetje respect voor dat je – pak McDonald’s – blijkbaar een thema kan claimen wat het tegenovergestelde is van wat je verkoopt en dat het dan ook nog wel bij een deel van je doelgroep, denk ik, geloofd wordt.
Patrick: Ja, en dan zie je de kracht van reclame en positionering.
Jerrel: Ja.
Patrick: Nee, dat werkt, maar ik blijf wel een beetje in de buurt van de waarheid inderdaad. Durf eens anders te zijn. Ik denk dat ik inderdaad– Als er een restaurant zou komen of als ze gewoon zeggen: wij verkopen de meest vette hamburger ooit, je gaat er dik van worden, maar hij is wel super heerlijk. Dan ga ik toch eens proberen, denk ik.
Jerrel: Ja, ik ook.
Patrick: Ja, is toch eerlijk?
Jerrel: Zeker weten. Wat zou je dan– Wat is de keerzijde? Wat zijn de nadelen? Heb jij persoonlijke ervaringen? Dat je zegt van: “Weet je, ik heb dit toen geschreven en dat heeft me echt in de problemen gebracht.”
Patrick: Een simpel voorbeeld: jij komt net terug van de online radio awards. Daar was ik natuurlijk ook voor uitgenodigd, maar er zijn veel dingen in mij die zeggen: “Ga daar toch maar even niet naar toe.” Want ik zal maar net in de parkeergarage iemand tegenkomen waar ik net heel naar over geschreven heb. Of iemand die– Want zo naar vind ik– Ik vind het zelf allemaal nog wel meevallen, maar ik noem wel dingetjes bij de naam. Ja, dan kom je Ruud de Wild tegen inderdaad, in de parkeergarage. Die zal maar net een bakje te veel op hebben.
Jerrel: Ja, nou denk ik wel dat je het over een groep mensen hebt die zelf natuurlijk ook wel vrij bekend zijn en die wel drie keer nadenken voordat ze dat doen.
Patrick: Ja, maar ik geloof dat je voor 1500 euro al een knokploeg kan inhuren die gewoon jou even in elkaar komt trappen. Dus ik ben daar wel– Ja, ik ben daar best voorzichtig in.
Jerrel: Ik moet lachen, maar ik geloof dat het bestaat. Ja, ongetwijfeld.
Patrick: Ja, het bestaat en ik weet dat. Daar hebben die gasten van Roddelpraat toch ook last mee gehad? M,et Charly Luske die had gezegd van: “Nou–”
Jerrel: Ja, klopt, maar dat was volgens mij zijn familie, toch?
Patrick: Ja, maar dat kan ook nog eens. Dus ik hou me de laatste tijd ook wel een beetje in. Ik hoop dat de mensen die het lezen, het ook nog een beetje met humor kunnen lezen. Dat ze denken: ach, het is Patrick maar die het schrijft. Weet je wel? Als ik op die positie blijf, vind ik het prima, maar het moet niet worden dat mensen denken dat ik één of andere iemand ben, zoals vroeger. Dat iemand iets ergs over de Moslims schreef en daarna onder politiebescherming zijn huis uit moest lopen. Ja, kom op. Dat heb ik er ook niet voor over.
Jerrel: Nee, dat kan ik me voorstellen, maar nu moet ik wel zeggen: ik denk dat ze er bij Roddelpraat wat banger voor moeten zijn dan jij. Jij hoeft je volgens mij geen zorgen te maken.
Patrick: Radio is over het algemeen nerd.
Jerrel: We hadden het net over de online radio awards.
Patrick: Ja.
Jerrel: Daar hebben zich daar zelfs drie jury leden ook teruggetrokken.
Patrick: Ja.
Jerrel: Omdat Johan Derksen door het publiek was gekozen bij de laatste vijf.
Patrick: Vincent Bijlo, Patricia van Liemt en Domien Verschuuren. Alle drie uit de jury?
Jerrel: Ja. Wat vind je daarvan?
Patrick: Ja, dat is ook weer zo politiek correct. Weet je, ik wil een statement maken. Stiekem weten al die BN-ers ook dat als ze dat doen, dat dat weer pers oplevert en dat ze weer even in het nieuws komen en zo. Bijna iedereen die bekend is, is natuurlijk ook een soort van roemverslaafd. Dan zien ze hun kans. Denk je dat dat nou echt gebaseerd is op puur en alleen–
Jerrel: Ja, of zijn ze bang dat dan iedereen over de rest heen valt, die dan we blijft? Dat ze dan kritische vragen gaan krijgen. Want vanmiddag in de zaal, RTL Boulevard was dat, Shownieuws. Dus die staan daar met een grote camera, die Erik de Zwart die presenteerde en die zei ook letterlijk van: “Jammer dat Johan Derksen niet gewonnen heeft. Daar kwamen jullie voor.”
Patrick: Ja, die had van mij wel mogen winnen.
Jerrel: Goed, ik vind het heel zwak en ik heb ook tegen Richard gezegd van: “Weet je, als ik in de organisatie zou zitten, ook al cancelt iedereen, ik zou nog liever het event cancelen dan dat je nu zegt van: Johan Derksen doet niet meer mee.”
Patrick: Nee, precies.
Jerrel: Gewoon de rug recht houden.
Patrick: Ja, dat hebben ze ook goed gedaan.
Jerrel: Absoluut. Patrick, en die colums. Even weer terug naar Spreekbuis. Hoe succesvol zijn die?
Patrick: Ja, die groeien nog steeds. Ik had een column over Marieke Elsinga geschreven, die 70 duizend keer gelezen. Dat is natuurlijk ongekend, en dat kwam ook qua timing.
Jerrel: Hij is niet uitgekomen.
Patrick: Nee, nog niet. Op vrijdag kwam ik met het verhaal van: Marieke wil bij 538 gaan werken. Toen kwam op maandag het verhaal dat ze zich ziek gemeld had. Dus dat werd natuurlijk enorm opgeblazen.
Jerrel: Ja, dat werd aan elkaar gelinkt.
Patrick: Ja, dat werd aan elkaar gelinkt. Terwijl ik nog steeds overtuigd ben dat 538 aan haar zit te trekken, omdat zij natuurlijk liever TV doet dan radio. Dan zeggen ze: “Dan ga je als sidekick bij Frank Dane zitten of bij Koen. Kom maar naar ons.” Weet je wel? Dat speelt volgens mij nog steeds. Goed, wat wil ik daarmee zeggen? Ik heb natuurlijk wel een claim gelegd op de positie radio columnist. Laatst stond ook op Mediacourant: Nederlands bekendste radio columnist. Terwijl Vincent Bijlo ook columns schrijft over radio. In de krant zelfs, maar dan is dus iemand op online die wel zijn bek durft open te trekken en man en paard durft te noemen. Ja, ik heb die positie gewoon geclaimd.
Jerrel: Ja, ik weet zeker dat doordat jij je mening geeft, dat is wel het gesprek bij de koffieautomaat de volgende dag.
Patrick: Ja, daar wordt over geluld. Die koloms van Vincent Bijlo, daar wordt dus een keer– Ja, als iemand dan genoemd wordt, die weet dat dan wel, maar daar wordt echt niet veel over gepraat. Dus probeer als merk gewoon een claim op iets te– Kies iets origineels en leg er dan ook volop de claim op. Als je bijvoorbeeld kleren maakt waar – weet ik het – een groot rond gat in zit. Ja, dat kan aanslaan, maar hou je daar dan ook aan. Dan ben jij vanaf dat moment de man of dat bedrijf wat kleding levert met een groot rond gat erin. Ja, durf jij dat aan? Durf jij kleding te gaan leveren met een groot rond gat erin? Dat moet je wel durven, ja.
Jerrel: Ja, dus eigenlijk gaat het misschien nog niet eens zozeer om je mening geven, maar het is belangrijk dat je een mening geeft en je daarmee onderscheidt.
Patrick: Ja, onderscheiden ermee.
Jerrel: Iets anders is dan wat iedereen al zegt. Want anders is het natuurlijk ook heel veilig en dan–
Jerrel: Ja, en het moet ook weer niet gekunsteld worden. Ik ben vanaf dag één dat ik hier op deze planeet rondhuppel, was ik al degene met een afwijkende mening. Dus ik hoef daar ook geen moeite voor te doen, weet je wel. Ik was het ook heel vaak niet eens met de beslissingen die mensen bij de radio namen. Dus daarom was het ook een logische stap dat ik columns over radio ging schrijven. Het kon eigenlijk niet anders, dus het moet wel iets zijn wat bij je past. Mensen prikken erdoorheen als jij gekunsteld stoer gaat lopen doen of zo.
Jerrel: Ja, dat geloof ik wel. Het moet dus een beetje shockerend ook eigenlijk zijn, dat mensen er over gaan praten.
Patrick: Ja.
Jerrel: Van: als ik door mijn LinkedIn tijdlijn scroll– Ja, misschien dat ik op een dag wel wel 100 artikelen die gedeeld worden, voorbij zie komen. Hoeveel daarvan herinner ik mij de volgende dag nog? Waarschijnlijk meestal helemaal niks. Ja, een beetje shockerend. Echt een eigen mening hebben, onderscheiden.
Patrick: Durf anders te zijn. Ik heb dat op LinkedIn inderdaad ook gedaan. Ik ben op een gegeven moment grapjes op LinkedIn gaan zetten.
Jerrel: Klopt.
Patrick: Toen zei iedereen van: “Het is hier geen Facebook. Stop daar mee.” Nee, ik ben er niet mee gestopt. Op een geven moment komt het omslagpunt. Men zegt: “Wat leuk, man. Dat jij steeds iets luchtigs werkgerelateerd erop zet, waar ik tenminste om kan lachen. Tussen al die excelsheets, tabellen, promopraatjes, gefeliciteerd dit en gefeliciteerd dat.” Ik denk: ja.
Jerrel: Ik durf het niet, maar ik vind het wel stoer en koel.
Patrick: Ik kan het me ook– Kijk, ik kom op een punt: ik kan het me natuurlijk ook veroorloven. Ik hoef me niet meer te vriend te houden met iedereen in de radio wereld, omdat ik dat niet meer wil. Ik heb er mijn centjes verdiend, dus ik kan het ook doen. Ik snap dat heel veel mensen in een spagaat zitten omdat ze denken: ja, maar dadelijk dan lig ik eruit, dan kom ik nergens meer aan de bak.
Jerrel: Jij hebt wel de brug achter je verbrand?
Patrick: Ja, dat kun je wel zeggen.
Jerrel: Tenminste, wel bij een heel deel van–
Patrick: Ja, maar toch. Ik durf je te melden, als er dadelijk weer een baas op een plek om te zitten die altijd van mijn columns genoten heeft, dat die toch denkt: ja, het is misschien een gek idee, maar moeten we die Kicken niet weer eens vragen? Stel, een brutaal station staat op.
Jerrel: Ja, een beetje Johan Derksen effect eigenlijk.
Patrick: Ja, dat.
Jerrel: Dat John de Mol denkt van: ja, weet je, het is een ongeleid projectiel. Alleen, ik weet wel zeker dat ik daarmee scoor en het is anders.
Patrick: Ja, en ik had al natuurlijk een aantal bruggen achter mij verbrand. Omdat ik intern bij radiozenders ook al beetje als een lastpak gezien werd. Want wat je nu leest in die colums – dat durf ik hier best wel eerlijk te eerlijk te vertellen – dat meldde ik vroeger gewoon aan mijn baas. Weet je wel? Ik typte vroeger zulke emails aan mijn baas, met allemaal wat ik vond dat beter moest.
Jerrel: Ik dacht wat je in de wandelgangen–
Patrick: Nee, maar dat was– Dan ging het echt om: ja, maar dit en dat. We moeten toch zus en zo? Dus eigenlijk zijn die columns gewoon een verlengde van wat ik al deed toen ik nog bij de radio werkte.
Jerrel: Heb je dan spionnen?
Patrick: Ja, ik noem ze wel eens zo, maar eigenlijk zijn het mensen die ook maar van alles influisteren. Weet je, dan zat hier vanmiddag nog een bekende radio diskjockey op de bank hier. Dan zit je te vertellen en binnen no-time neem je toch de laatste roddels met elkaar door. Het heeft ook met veiligheid te maken. Want vergis je niet, voor radiomensen is het een moeilijke tijd nu. Nu die 3FM carousel weer helemaal in beweging is, gaan weer overal plekjes ontstaan. Worden allemaal weer mensen overal weggekocht. Ja, dan wil je ook de boot niet missen natuurlijk. Ik denk dat ook daarom heel veel van die radiomensen die colums lezen. Omdat ze zoiets hebben van: ja, ik wil wel op de hoogte zijn. Dan kan ik mijn volgende move voorbereiden, weet je wel?
Jerrel: Is daar veel angst ook? Iedereen is bang voor zijn baan?
Patrick: Ja, veel wel. Ja, omdat er natuurlijk– Als je een bedrijf hebt met John de Mol aan kop, die is natuurlijk best wel van verdeel en heers. Dat werkt door in het hele Talpa bedrijf, dus ook bij de radio.
Jerrel: Ja, interessant. Ja, en vandaag bij het congres, bij de online radio day, daar ging ze live een podcast doen. Van: dit was de radio, geloof ik.
Patrick: Ja. Wie was daar de gast? Bekend iemand, toch? Ze hadden daar– Ja, Marcel van Roosmalen natuurlijk.
Jerrel: Ja.
Patrick: Die ging even los op die online radio, hoorde ik.
Jerrel: Die ging daar los, klopt.
Patrick: Ja, dat het niks voorstelde.
Jerrel: Dat was hem weer. Ik kon net niet op de naam komen, maar daar werd dus voor de grap gezegd van: volgens mij hadden ze het over dat het 2040 was en ze gingen dan terugblikken op radio. Dat dus heel veel presentatoren door een text to speech AI algoritme waren overgenomen en dat je– Andries Knevel, die deed een bepaald programma met zijn stem, maar de echte mensen kwamen er niet meer aan te pas. Toen zat ik daar een beetje over na te denken, van: ja, hoe realistisch of onrealistisch is dat? Kijk, nu is die techniek nog niet zo ver. Richard Otto heet daar natuurlijk ook een bedrijf. Alleen, over vijf jaar? Hoe realistisch is dat dan?
Patrick: Ja, klopt. Dan verkoop je gewoon je stem aan een bedrijf en dan typen zij de tekst in die jij dan vanaf dat moment zegt. Dat is ook wel weer bizar, maar wel cool dat eindelijk weer eens wat anders gebeurt dan hoe we het al lang doen. Ja, ik zal het wel cool vinden. Ik ben ook van het gemak, weet je. ik heb al heel lang geen live radio meer gemaakt. Mijn hiphop showtje neem ik hier, waar we nu zitten aan deze tafel, op. Die is bij vijf stations wereldwijd te horen. Dus ja, waarom moet je per se fysiek ook aanwezig zijn in de studio? Zolang het maar voor de luisteraar leuk is, vind ik, maardaar denken sommigen anders over.
Jerrel: Ik heb natuurlijk op online radio gebied ook wat dingetjes gedaan. Bij wat kleinere stations en ik heb er ook weleens over nagedacht. Van: zou ik een ochtendshow kunnen maken waarbij ik drie vaste items heb die niet live zijn? Die ik één keer in de maand opneem en dan in stukjes knippen, zeg maar. Dat je wel iedere dag gewoon – weet ik veel – tussen acht en tien te horen bent. Of zes, of wat voor tijd dan ook. Volgens mij kan dat prima.
Patrick: Volgens mij ook.
Jerrel: Volgens mij kun je nog steeds de luisteraar erbij betrekken en noem het allemaal maar op.
Patrick: Ja, maar iedereen heeft zoiets van: het moet allemaal live. Ja, dan doen we het live. Ook goed.
Jerrel: Precies. Stel, je luistert deze podcast als bedrijf, en je denkt van: ja, het is wel een– Ze hebben daar wel een punt. Ik ga niet mijn mening geven over, laten we zeggen, de kwestie Johan Derksen of over het klimaat, maar ik kan wel een standpunt innemen binnen mijn vakgebied. Binnen de expertise die ik heb. Wat zou je die persoon willen meegeven?
Patrick: Ja, lastig.
Jerrel: Of dat bedrijf?
Patrick: Ja, ik denk: hoe groter het bedrijf, hoe moeilijker het wordt. Ik ben altijd wel van– Oké, laat ik dit voorbeeld noemen. We hadden bij Veronica in de goeie tijd een marketingmanager, die stond open voor een geintje. Ik las ergens dat het morgen 25 jaar geleden was dat Bob Marley overleed. Toen zei ik: “Zullen we zakjes wiet weggeven op de radio?” Ik zeg: “Ja, want bij Bob Marley, reaggae, denk je toch aan wiet.” Ja, spannend, want we gaan het gewoon doen. Goed dat we het gedaan hebben. De dag daarna alle kranten, AMP, zelfs het Belgische Radio 1 journaal: “Radio Veronica geeft softdrugs weg op de radio.” Dat was wereldnieuws, weet je wel? Had ik een marketingmanager gehad, die zei: “Nee, dat kunnen we niet maken en daar komt gezeik van.” Ja, dan hadden we dus die die free publicity, van ter waarde van misschien wel 50 of 75 duizend euro, dus gewoon niet gehad. Dus ja, realiseer je gewoon goed van tevoren dat je ook eens een risicootje moet durven nemen. Want de kans dat je in de vergetelheid raakt is veel groter dan de kans, denk ik, dat je je kop stoot, maar veel marketingmanagers zijn ook weer bang voor hun baan. Dus denken: ja, ik wil niet dat dit dadelijk in mijn gezicht ontploft. Nee, laten we dat maar niet doen. Ja, kom op, steun elkaar ook. Dat vind ik wat Johan Derksen ook zei: je wil je ook gesteund voelen door je bedrijf. Kijk, zo een marketing manager moet niet op zijn kop krijgen als het dan wel in zijn gezicht ontploft. Die moet eigenlijk een compliment krijgen van: tof dat je het gedurft hebt.
Jerrel: Ja, je hebt het geprobeerd en de volgende keer lukt het wel.
Patrick: Ja, lukt het wel weer. Blijf gewoon doorgaan. Ze kunnen niet allemaal lukken. Dat is wat je eigenlijk zou moeten horen.
Jerrel: Angst.
Patrick: Angst regeert.
Jerrel: Het grote probleem.
Patrick: Ja, op veel plekken.
Jerrel: Heb je nog iets eraan toe te voegen? Anders gaan we de podcast zo afsluiten.
Patrick: Ik denk dat dit wel genoeg was.
Jerrel: Ik denk het ook.
Patrick: Ja.
Jerrel: Bedankt dat ik hier in Vinkeveen mocht langskomen.
Patrick: Jij ook.
Jerrel: Dan gooien we de spullen weer in de kofferbak.
Patrick: Ja, dan gaan we weer. Jij moet nog een aardig stukje rijden?
Jerrel: Ja, weer terug naar Slagharen.
Patrick: Ja, daar staan geen pony’s meer?
Jerrel: Ze staan er nog genoeg. Alleen het is geen pony park meer.
Patrick: Oké, dat vind ik ook grappig. Die hebben toch echt de claim gewoon. Bij Slagharen denk je gewoon aan pony park.
Jerrel: Als je het over goeie marketing hebt, ik vraag me dat weleens af. Als je in Slagharen woont, dan heb je daar natuurlijk een vakantiebaantje gehad. Toen ik er werkte, toen ik een jaar of veertien was, was het al attractiepark Slagharen. Ik ben nu bijna 37. Als deze podcast onlin komt, waarschijnlijk 37. Moet je nagaan? Ik hoor echt– Waar ik ook kom voor mijn werk, iedereen zegt altijd: “Slagharen, pony’s.”, maar niemand zegt: “Van het attractiepark.” Dan heb je iets goed gedaan.
Patrick: Ja, dat vind ik ook. Kijk, dat zeggen ze natuurlijk ook. Claim dat plekje. Als jij aan cola denkt, denk jij aan–
Jerrel: Coca-cola.
Patrick: Ja. Die hebben het gewoon gewonnen van Pepsi-Cola door dat plekje te claimen in het hoofd van mensen. Bij cola denk je aan Coca-cola, terwijl er natuurlijk tien verschillende soorten cola zijn.
Jerrel: Wat dat betreft vind ik het jammer. Ik bedoel: hoeveel attractieparken heb je? Heel veel? Hoeveel pony parken heb je? Daar was er maar eentje van.
Patrick: Ja, hou dat gewoon aan.
Jerrel: Alleen, dat zal wel weer met– Net als het Dolfinarium. Dat ligt ook allemaal onder vuur.
Patrick: Ja. Nee, dat mag niet. Dat is zielig voor de pony’s.
Jerrel: Nee, dat zal er ongetwijfeld onder hebben gezeten. Dat ze dat hebben zien aankomen.
Patrick: Het dorp waar ik inderdaad geboren ben, Stein in Zuid-Limburg, daar hadden ze vroeger ook een Dolfinarium. Dat is ook niet meer.
Jerrel: Nee.
Patrick: Nee. Wel het Steinerbos. Dus daar moeten ook vaak mensen aan denken. Stein, Steinerbos. Bestaat natuurlijk ook al 50 jaar.
Jerrel: Ja, bepaalde veranderingen zijn wel goed, alleen het is– Het hele woke cultuurtje neemt ook wel alles een beetje over. Iedereen wordt bang en handelt daarnaar.
Patrick: Durf als bedrijf ook trots te zijn dat je ergens om bekend staat. Ik bedoel: ja, hoe lang duurt het niet voordat je die plek veroverd hebt in mensen hun hoofd? Vaak moet het daarna, dan komt er een nieuwe marketing manager en dan moet het weer allemaal anders. Weet je wel? Ja, dat weten de mensen nu wel van ons. Nee, vier het dat je die plek veroverd hebt.
Jerrel: Mee eens. Sluiten we daarmee af.
Patrick: Is goed.
Jerrel: Iedereen bedankt voor luisteren. Patrick, nogmaals bedankt.
Een podcast van Jerrel Arkes over organisch groeien voor B2B bedrijven.